In kader van het tienjarig jubileum van Topcare spreken we Wilco Achterberg. Hij is hoogleraar institutionele zorg en ouderengeneeskunde aan het LUMC en specialist ouderengeneeskunde bij Topaz. Als betrokkene bij Topcare vanaf het allereerste uur is dit een goed moment om te vragen: Wat heeft het nu allemaal opgeleverd? 

“Topcare heeft heel veel bereikt”, begint Wilco. “Er kan nu echt op hoger niveau zorg en behandeling worden aangeboden.” Wilco geeft aan dat de zorg vroeger heus ook best goed kon zijn, maar dat er wel veel minder onderzoek werd gedaan binnen de specialistische langdurige zorg. “De GRZ als aparte discipline bestond niet eens.” Dat is nu wel anders.

Topcare heeft inmiddels vierentwintig deelnemers, waarvan de helft met geriatrische revalidatie. Daar vinden talloze onderzoeksprojecten plaats, die kunnen resulteren in betere uitkomsten van de revalidatie of in een kortere ligduur. Voorbeelden van onderzoek variëren van de inzet van apps tot de ontwikkeling van een mogelijkheid om in te schatten of en wanneer iemand veilig naar huis kan. Wilco: “Topcare heeft professionals echt enthousiast gemaakt om daarmee aan de slag te gaan.”

Samenwerken

“Daarnaast is de samenwerking met universiteiten en hogescholen een enorme ontwikkeling”, vertelt Wilco. Hij geeft zelf leiding aan het UNC-ZH, waarin het LUMC en omringende verpleeghuizen en revalidatiecentra samenwerken aan onderzoek. Een voorbeeld van samenwerking met de hogeschool is de net geopende Leerwerkplaats van Omring, die samen met De Zorgcirkel een Topcare-predicaat heeft voor de geriatrische revalidatie. Studenten Verpleegkunde van de Hogeschool van Amsterdam kunnen daardoor stage lopen en onderzoek doen.

Topcare heeft ook een duw in de goede richting gegeven voor de erkenning van de ‘laag volume/hoog complexe-doelgroepen’.

Prof. dr. Wilco Achterberg

Duwtje in de rug

“Topcare heeft ook een duw in de goede richting gegeven voor de erkenning van de ‘laag volume/hoog complexe-doelgroepen’. Er zijn nu erkende doelgroep-expertisecentra (DEC’s) voor de zorg en behandeling van de ziekte van Korsakov en Huntington. En dat zijn niet toevallig de centra die al jaren een Topcare-predicaat hebben”, stelt Wilco. Het roept natuurlijk wel gelijk de vraag op wat Topcare hun dan nog kan bieden. “Je zou kunnen zeggen dat Topcare voor deze organisaties zijn doel bereikt heeft. Dat is een mooi resultaat, zeker als Topcare ook als netwerk van ambitieuze zorgorganisaties relevant blijft.”

Learning community

Wilco ziet ook dat sommige doelstellingen relatief minder uit de verf zijn gekomen: “De Topcare-deelnemers zouden nog meer samen kunnen werken. Dat gebeurt soms wel al bilateraal, zoals met GRZPLUS,  maar het idee van een learning community kan nog veel verder worden uitgebouwd. De beweging die is ingezet met de DEC’s en de REC’s zou je ook bij de revalidatie kunnen zien. Door zich aan de ene kant meer te specialiseren en samen te werken en aan de andere kant op te trekken in een benchmark om te zien waar ze goed in zijn. Wilco: “Dan ga je van een sprint – het behalen van het Topcare-predicaat – naar een marathon: stug doorgaan met onderzoeken, innoveren en gezamenlijk stappen zetten.”

Topcare in de toekomst

Wilco sluit af: “Als we dan vooruitkijken, zou je je goed kunnen voorstellen dat Topcare investeert in een Topcare-leerstoel of – lectoraat. Of verder uitbreidt met behalve dementie ook bijvoorbeeld de gehandicaptenzorg. Maar waarom geen Topcare international?” We spreken af over tien jaar samen weer de balans op te maken.