Om het Topcare-label voor Korsakovzorg te ontvangen volgde Domus Nostra, een locatie van de Haagse woonzorginstelling Saffier, een Topcare-scholingstraject. Daarin stond onderzoek centraal naar de vraag of het gebruik van de digitale agenda op de smartphone de zelfredzaamheid van Korsakov-cliënten kan verhogen.
Domus Nostra is een kleinschalig wooncentrum van Saffier voor mensen met het syndroom van Korsakov. Woon-zorgcoördinator Tineke Penningnieuwland is al bijna 30 jaar in dienst van Saffier en Ilona Vegter al ruim 11 jaar als woonzorgbegeleider. Tineke: ‘Domus Nostra is inmiddels uitgegroeid tot een expertisecentrum voor Korsakov. We begeleiden de bewoners op basis van de Empathisch Directieve Benadering (EDB): we leven ons in in hun denkwereld en gevoelens, en laten via deze benadering merken dat we proberen te begrijpen wat er in hen omgaat. Structuur is voor onze Korsakov-cliënten belangrijk. Een belangrijk onderdeel daarvan is een zinvol dagprogramma. Dat geeft hun een gevoel van eigenwaarde.’
Werkgroep
In het voorjaar van 2021 rondde Domus Nostra een scholingstraject van Topcare af. Ilona: ‘Voor het verkrijgen van het Topcare-predikaat was het nodig onderzoek te doen. Daartoe hebben we in 2020 met een paar collega’s een werkgroep opgezet. Eén van hen volgde bij Topcare een training om ons bij het onderzoek te begeleiden. Daarbij werden we ook ondersteund en begeleid door Anne-Wil Heemskerk. Zij is coördinator Topcare-scholing.’
Onderzoeksvraag
Vervolgens moest er een onderzoeksvraag worden bedacht. ‘We hebben daarover in onze werkgroep gebrainstormd’, vertelt Ilona. ‘De zorgbehoefte van onze cliënten stond daarbij centraal. Onze bewonersgroep is relatief jong, tussen de 40 en 60 jaar. De meeste bewoners hebben een smartphone. Daarom vroegen we ons af hoe we die zouden kunnen inzetten. Uiteindelijk kwamen we op de vraag of het gebruik van de agenda op de smartphone de zelfredzaamheid van de Korsakov-cliënten kan verhogen.’
Meer zelfstandigheid
Eén van de bewoners, een vrij jonge Korsakov-cliënte van 50 jaar, was hier al mee bezig. Tineke: ‘Zij doet veel met haar smartphone. Via WhatsApp onderhoudt ze bijvoorbeeld contacten met familie en vrienden. Ze vergat echter haar dagelijkse afspraken. Die staan hier op een papieren planning. Door cognitie uitval wist zij die planning soms niet terug te vinden. En zo kwam een collega op het idee om de afspraken van de cliënte in de digitale agenda van haar smartphone te zetten. Dat pakte goed uit. In een heel korte tijd liet onze cliënte zien dat ze veel beter in haar vel zat en dat ze weer een beetje in zichzelf ging geloven. Ze kon nu immers zelf aan haar afspraken denken; wij hoefden haar daar niet meer aan te herinneren. We wilden erachter komen of ook andere bewoners zouden kunnen omgaan met de digitale agenda.’
Goede begeleiding
Dankzij de goede begeleiding door de Topcare-scholing kon Domus Nostra het onderzoek voortvarend uitvoeren. ‘We hebben geprobeerd om zo veel mogelijk cliënten voor het onderzoek warm te maken en om onze collega’s te inspireren’, aldus Ilona. ‘Het daadwerkelijke onderzoek vond uiteindelijk plaats onder vijf cliënten, en duurde zo’n drie weken. We hebben hiervoor een agenda opgesteld, enquêtes gemaakt, vragenlijsten ontwikkeld en een meting vooraf en achteraf uitgevoerd. Dat hebben we allemaal in een eindverslag verwerkt.’
Aanknopingspunten voor nieuw onderzoek
Volgens Ilona en Tineke gaat Domus Nostra het gebruik van de digitale agenda integreren in de dagelijkse werkzaamheden. ‘Bij de opname van nieuwe cliënten gaan we bijvoorbeeld vragen of ze een smartphone gebruiken. Dan kunnen we de digitale agenda meteen inzetten. Bovendien bieden de uitkomsten van ons onderzoek natuurlijk aanknopingspunten voor nieuwe onderzoeken met andere smartphone-toepassingen.’
Groot enthousiasme
Saffier-locatie Domus Nostra is heel enthousiast over de mogelijkheid die het wooncentrum heeft gekregen om onderzoekservaring op te doen. Tineke: ‘We zijn heel blij met de uitkomsten van het onderzoek. Bij het merendeel van de cliënten bleek het gebruik van de digitale agenda goed te werken. We willen deze werkwijze dan ook graag delen met andere Korsakov-instellingen en het Korsakov Kenniscentrum. Eind mei hebben we ons eindverslag gepresenteerd en binnenkort komt er ook nog een promofilmpje.’