Terug naar overzicht

Een bewoner van een verpleeghuis is vroeg wakker en loopt onrustig rond. Bij deze bewoner kan dat een voorteken zijn van een paniekaanval. Het systeem – dat alle bewoners continu monitort – beoordeelt daarom via gezichtsherkenning de emoties van meneer, dimt de lichten, waarschuwt een zorgmedewerker en stuurt een bericht aan meneers zoon met het verzoek wat vroeger op bezoek te komen.

Bovenstaande passage komt niet uit een futuristische roman, maar uit een plan van zorginstelling Avoord. De instelling geldt sinds1 januari 2020 als proeftuin voor onderzoek naar JAIN: een netwerk voor artificiële intelligentie (A.I.). Hoe kan zo’n netwerk door middel van virtuele coaching bijdragen aan de zelf- en samenredzaamheid van mensen met geheugenverlies? Laura Kallenberg, directeur Zorg bij Avoord, vertelt wat er tot nu toe met het project is bereikt en hoe de toekomst van A.I. in de zorg eruit ziet.

‘We hebben nog geen systeem in huis dat de temperatuur van bewoners kan opmeten of automatisch de lichten dimt,’ vertelt Laura. ‘We zitten nog in de beginfase. Wel zijn we al heel enthousiast over de mogelijkheden die A.I. biedt.’

Het Joint Artificial Intelligence Network, ofwel JAIN (spreek uit als ‘Jane’) is een samenwerking tussen zorgaanbieders, negen hoogleraren, gemeenten en zorgverzekeraars. Omdat Avoord Topcare instelling is op het gebied van dementie, werd ze via Topcare benaderd voor het project. Ook Zonnehuisgroep Amstelland is bij JAIN betrokken.

Denk aan je jas

Technologie in de zorg is geen nieuw fenomeen. Al langere tijd gebruiken mensen techniek op afstand, bijvoorbeeld via apps of door de lamp te vertellen dat hun licht aan moet. Laura: ‘Het vernieuwende aan JAIN is dat al die databronnen en sensoren in één intelligent lerend systeem bij elkaar worden gebracht. Het systeem leert patronen en gedrag van mensen te herkennen en zet dat om in interventies. Op die manier kan de techniek iemand met dementie door het leven coachen. Er ontstaat interactie tussen de persoon die wordt gemonitord en haar virtuele coach, die bijvoorbeeld kan zeggen: “Het regent, denk aan je jas”.’

Avoord als proeftuin bekijkt wat voor soort vragen opgelost moeten worden met een intelligent systeem. ‘Denk aan verwarde mensen, zoals in het voorbeeld hierboven. Of dwalende mensen die de weg gewezen moet worden. Een A.I.-netwerk kan ook structuur bieden aan de dag, ervoor zorgen dat mensen op normale tijdstippen eten en slapen. Vooral bij dementerende mensen is dat erg belangrijk, ze raken makkelijk hun dag- en nachtritme kwijt. Een virtuele coach kan zeggen: “Gaat u even een blokje om?”, om ervoor te zorgen dat bewoners genoeg buiten komen.’

Efficiëntere zorgdossiers

De techniek kan zorgmedewerkers in de toekomst veel werk uit handen nemen, voorspelt Laura. ‘We kunnen bijvoorbeeld ook het rapporteren in zorgdossiers efficiënter maken – iets dat nu veel tijd en energie kost. Als er buikgriep heerst, moet continu in de gaten worden gehouden of iedereen goed drinkt en hoe het zit met dingen als de ontlasting. Als dit automatisch kan, of het systeem luistert mee, zou dat heel veel tijd schelen.’

Vertrouwen op technologie

In de proeftuin verkennen de zorgverleners hoe de techniek werkt en wat het de zorg oplevert. ‘We kijken naar de interactie met onze bewoners. Hoe reageren zij op de virtuele coach? Maar ook de interactie met de zorgmedewerkers is belangrijk. Zij moeten worden opgeleid in de zorgtechnologie. En vooral: ze moeten erop leren vertrouwen. Niet meer gaan kijken of iemand nog rustig ligt te slapen, maar erop vertrouwen dat de technologie dit in de gaten houdt.’

 

RomiTweebeekeavoord 07099 hr kleiner

 

De zorgverleners in de proeftuin zijn enthousiast. Laura: ‘We moeten ook oog hebben voor de mensen  die nog niet gewend zijn aan zorgtechnologie . Zorgmedewerkers zijn doeners, dus ze moeten het in de praktijk voor zich zien om vertrouwen te krijgen. Met technologie verandert de manier waarop je zorg verleent, dus dat heeft wat tijd nodig.’ Laura ziet wel dat zorgverleners minder bang zijn dan tien jaar geleden om hun baan te verliezen aan een computer. ‘De tijd is wel rijper nu.’

Eenzaamheid en privacy

Laura maakt zich geen zorgen over eenzaamheid die op zou kunnen spelen bij bewoners als A.I. bepaalde zorgtaken overneemt. ‘Technologie kan juist helpen om eenzaamheid te verminderen. De virtuele coach kan mensen bijvoorbeeld stimuleren om aan een clubje mee te doen.’

Ook privacy – voor veel mensen een punt van zorg – wordt in de proeftuin onderzocht. ‘Als zorgmedewerkers ’s nachts de slaapkamer in komen omdat iemand uit bed is, vinden we dat geen probleem. Als het over techniek gaat komen er vragen over. Ik begrijp die vragen. Natuurlijk moeten we er zorgvuldig mee omgaan en bijvoorbeeld nooit data opslaan als het niet nodig is.’

Meer samenwerken

In de toekomst zou Laura graag met nog meer zorginstellingen samenwerken. ‘Ik denk echt dat we dit niet alleen kunnen. Voor iets relatief eenvoudigs als een slim dossier moet er veel gebeuren. Het systeem moet getraind worden om bijvoorbeeld een gesprekje tussen zorgmedewerker en cliënt automatisch om te zetten in een rapportage. Zo moet het systeem  woorden als “verdrietig” en “humeur” herkennen, en weten op welke plek in het zorgdossier die thuishoren. Daar zijn heel veel data voor nodig en we moeten dus goed samenwerken met meerdere zorginstellingen, universiteiten, onderzoeksinstellingen en het bedrijfsleven.’